Stemverklaring - Eindstemming resolutie over de Meerjarenbegroting en het COVID-19 herstelfonds

Bankbiljetten foto photo-1573336939501-8eb3fc268258.jfif
Peter van dalen_profielfoto
Door Peter van Dalen op 23 juli 2020 om 15:02

Stemverklaring - Eindstemming resolutie over de Meerjarenbegroting en het COVID-19 herstelfonds

Het Europees Parlement stemde vandaag over een resolutie (motie) over de Meerjarenbegroting en het COVID-19 herstelfonds (het pakket opgesteld door de Europese Top van 17-21 juli 2020). Ik heb me onthouden bij deze stemming.

Waardering voor coronaherstelfonds

De resolutie waardeert de totstandkoming van een coronaherstelfonds. Terecht, want zo’n fonds is hard nodig om de getroffen economieën van landen zoals Italië en Spanje te steunen. Nederland en de Europese Unie hebben er direct belang bij dat die landen overeind blijven. Zouden ze tot uitstel van betaling komen of zelfs een faillissement, dan zou onze positie als handels- en exportland in de Europese Interne Markt ook een enorme dreun krijgen. Het is daarom puur ons belang, dat het coronaherstelfonds er komt.

Schaduwkanten

De resolutie kent ook schaduwkanten. Zo wordt het aanstaande nieuwe Eigen Middelen instrument torenhoog geprezen. Een omvangrijk instrument dat het Parlement exclusief wil inzetten om alle voornemens te financieren. Het instrument vind ik een aantasting van het budgetrecht, dat toebehoort aan de nationale parlementen en regeringen.

Ook slaat de Raad de plank stevig mis met de aanpassing van het emissiehandelssysteem: nu was het dé gelegenheid zowel lucht- als scheepvaart (beide evident vervuilende sectoren) onder dat systeem te brengen, maar dit gebeurt helaas niet: dat blijft een optie. De resolutie van het Parlement maakt zich hier helaas niet druk om.

Voorts, de leningen die aangegaan worden ter financiering van het  coronaherstelfonds hebben een looptijd die strekt tot 31 december 2058. Dat vind ik absurd lang. Immers, recoverybonds (obligaties ter financiering van het herstelfonds) zouden een looptijd moeten hebben van 10, hooguit 15 jaar, en gekoppeld moeten zijn aan concrete herstelprogramma’s. Omdat de looptijd van deze leningen nu ruim 38 jaar wordt, komt dit dicht in de buurt van vergemeenschappelijking van schulden. Daar wil ik verre van blijven!

Dit punt van de communautarisering van schulden schuurt des te meer in het licht van de door de Nederlandse premier veelgeprezen “noodremprocedure”. Hij meent dat dit de stok is om tussen de wielen te steken wanneer de gelden uit het fonds verkeerd worden besteed. Echter, het lijkt er op dat dit middel eerder een kleppertje wordt dat langs de wielspaken ratelt zonder dat de kar tot stil stand komt of echt van koers verandert.

De resolutie van het Parlement betreurt dat op het gebied van de rechtsstaat de Europese Raad niet heeft doorgepakt. De Raadstekst luidt namelijk dat “uitgaven in lijn dienen te zijn met respect voor de rechtsstaat”. Polen en Hongarije, waar de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de mediavrijheid aantoonbaar worden aangetast, komen met zo’n vaag geformuleerde tekst weer weg. In de resolutie had een voluit krachtige veroordeling moeten staan van deze zwakke Raadstekst!

Tenslotte, in de Meerjarenbegroting worden nieuwe beleidsprogramma’s, gericht op innovatie en onderzoek gekort, en worden onvoldoende stappen gezet in de richting van verdere verduurzaming van het landbouwbeleid omdat de meeste subsidies voor de landbouw in Oost- en Zuid-Europa overeind blijven. Op dit punt is de resolutie terecht kritisch maar de door de meerderheid van het Parlement gewenste oplossing voor deze vragen, inzet van Eigen Middelen, lees; Europese belastingen, deel ik niet.

Samengevat:

De resolutie van het Parlement over het pakket dat de Europese Raad begin deze week heeft samengesteld bevat goede, maar ook minder goede elementen. Daarom mijn onthouding op de eindstemming van de resolutie over dit pakket.