Maar, zelfs zonder deze bezwaren is er genoeg reden om voor een verbod te zijn. Klonen gaat namelijk gepaard met ernstig dierenleed. Negen van de tien klonen komen mismaakt of ziek ter wereld en overlijden binnen een paar weken. Dit komt onder andere omdat klonen gebeurt in combinatie met extreem doorfokken. Koeien worden genetisch gepusht richting een (letterlijk) ondraaglijk hoge melkproductie. Ook voor de 'draagmoeders' van de kloon is de zwangerschapvaak verschrikkelijk, omdat kloonbaby's veel groter zijn dan normale. Vandaar dat de Europese Commissie nu zegt: verbieden die handel.

Maar even interessant is wat er niet in de voorstellen staat. Het verbod betreft niet de nakomelingen van de gekloonde dieren, terwijl die juist het 'economische doel' zijn van het klonen. Want de klonen zelf zijn zeer kostbaar en zullen niet verkocht worden als biefstuk: het gaat juist om hun nakomelingen. Ook het zaad van een in Amerika gekloonde fokstier mag in Europa gewoon verkocht blijven worden!

Het is krom dat de Europese Commissie een praktijk wil verbieden vanwege het dierenwelzijn, maar de resultaten van die praktijk wel toestaat. We zullen dus ook reproductief materiaal (zaad) van gekloonde dieren moeten verbieden. Daarnaast moeten er maatregelen genomen worden die het traceren van kloondieren makkelijker maakt.

Ook regels voor de etikettering ontbreken. Momenteel zijn bedrijven niet verplicht op het etiket te zetten dat het vlees afkomstig is van nakomelingen van gekloonde dieren. Dus doen ze dat ook niet, omdat dit slecht is voor de verkoopcijfers. Het is onacceptabel dat consumenten niet weten dat er mogelijk kloonvlees op hun bordje ligt.

Door een combinatie van bovenstaande aanscherpingen komen we dichter bij ons einddoel: het uitbannen van deze techniek die gepaard gaat met veel dierenleed.